Terug naar Kennisbank

Strijd tegen de Japanse duizendknoop

Al na een jaar resultaat

Onze strijd tegen de Japanse duizendknoop (Fallopia japonica) lijkt succesvol. Zowel het aantal jonge scheuten als de biomassa nemen af. Dat blijkt uit ruim een jaar lang bestrijden van deze invasieve exoot in het landgoed Hees ten zuidwesten van Soest. Bijzonder aan de bestrijdingsmethode is de hoge frequentie van minstens eens per twee weken in het groeiseizoen van maart tot en met november.

Jonge scheuten. Foto Hans Kamerbeek.

Jan Lansbergen, lid van de KNNV Natuurwerkgroep Zeist e.o. en inwoner van Soest, bezoekt de vijftien locaties in het bos van Hees vaak enkele keren per week. Hij begint met het verwijderen van de plantstengels en spit de wortels uit tot ongeveer 20 centimeter diep. Bij de volgende bezoeken trekt hij elke kleine en grotere scheut eruit. Alle plantendelen komen op een hoop van dode takken te liggen waar ze uitdrogen. Jan verwijderde het merendeel van 19.500 exemplaren tijdens 372 behandelingen van vijftien locaties. Af en toe hielpen andere leden van de Natuurwerkgroep mee.

Jan Lansbergen. Foto jan Jonker.

Doel van de hoogfrequente bestrijding is het uitputten van de wortels, die meterslang kunnen worden. Het is dus van belang de bovengrondse delen snel te verwijderen om te voorkomen dat via fotosynthese in het bladgroen de wortels hun voedselvoorraad kunnen aanvullen en het uitputten dus langer duurt. De hoge frequentie van het aantal behandelingen lijkt ons de kern van de meest effectieve bestrijding.

Een bijkomend voordeel van deze methode is dat alleen de invasieve exoot verwijderd wordt. In tegenstelling tot methodes als maaien, de grond zeven en spuiten met gif, kunnen grassen, andere planten, struiken en bomen doorgroeien. Die krijgen na elke behandeling meer voordeel in de concurrentie om zonlicht, ruimte, voedsel en water.

Deskundigen verwachten op termijn natuurlijke vijanden (insecten, rupsen, schimmels of bacteriƫn), maar niemand weet wanneer. Tot nu toe hebben we slechts een enkele keer bladschade geconstateerd, maar het is niet bekend wat de oorzaak daarvan is.

Japanse duizendknoop in bloei. Foto Jan Jonker.

Waarom?

De Japanse duizendknoop geldt als een zeer invasieve exoot in vrijwel alle Europese landen. Dat wil zeggen dat deze soort uit Zuidoost-Aziƫ meer schade aanricht dan andere exoten. De wortels kruipen in de kleinste scheurtjes van fundamenten waardoor op termijn hele gebouwen worden ondermijnd. In Engeland verstrekken banken geen hypotheek meer zonder een duizendknoopvrij-verklaring van een onafhankelijk onderzoeksbureau. Ook vernielt deze soort wegen van asfalt en beton. Bouwprojecten worden stilgelegd als een enkel exemplaar is aangetroffen. Binnen een jaar worden ze tot wel drie meter hoog en daaronder groeit geen enkele andere plant meer. Daardoor is ook de schade aan de biodiversiteit groot. Daar komt bij dat zelfs de kleinste plantdelen tot een nieuw exemplaar kunnen uitgroeien. Kortom, het is een bewonderenswaardig vitale plant.

Gelukkig zijn er in Nederland slechts enkele mannelijke planten ontdekt. Want als de duizendknoop zich ook nog via zaad kan verspreiden, wordt de bestrijding wel heel moeilijk.

Tuinafval

Alle vijftien locaties in Hees liggen langs bospaden. Waarschijnlijk gaat het dus om het storten van tuinafval door mensen die niet weten hoeveel schade deze planten kunnen aanrichten. Door hun grote pluimen met vele witte bloemen vormen ze een aantrekkelijk deel van vele tuinen. Maar wie erop uitgekeken is, doet er verstandig aan de plant af te voeren met het restafval. Want bij composteren wordt de temperatuur niet hoog genoeg. Alleen verbranden verdelgt de plant.

Ook het maaien van bermen draagt bij aan de verspreiding. Alleen speciaal ontworpen maaimachines, waar geen snipper van de plant uit kan vallen, voorkomen verspreiding. De gemeente Soest heeft op ons verzoek het maaien van bermen met duizendknoop in het bos gestopt. Wij hebben beloofd de bestrijding pas te staken als de duizendknoop niet meer terugkomt.

Andere methodes

Bijna maandelijks verschijnen berichten over nieuwe bestrijdingsmethodes. Bekendst is glyfosaat, in de handel als Round Up, soms direct op de bladeren, maar ook per stengel met een injectiespuit. Bedrijven geven hoog op over behandelingen met stoom en stroom, ook per stengel. De nadelen zijn duidelijk: duur, want arbeidsintensief, en nooit honderd procent effectief omdat het gif, de stroom en de stoom niet de hele wortel doodt. Dat geldt ook voor afdekken met een zware kwaliteit zeil. Wel heel effectief lijkt het onder water zetten van een groeiplaats, maar dat vergt het graven van een diepe kuil of een hoge omwalling. Dat kan niet overal en is ook duur.

De aanpak door vrijwilligers blijkt het meest effectief, is veel goedkoper en gunstiger voor de biodiversiteit. Nadeel is dat de bestrijding drie tot soms vier jaar vergt. Maar wij krijgen na ruim een jaar de indruk dat onze hoogfrequente bestrijding sneller tot resultaat leidt. Mogelijk kunnen we over een jaar melden dat onze intensieve bestrijding nog maar de helft van de tijd vergt. De bron van deze gegevens is het Wageningse onderzoeksbureau Probos. Dat bureau beheert een website met actuele informatie over invasieve exoten. Op verzoek van Probos hebben wij de gegevens van ons werk aangeleverd. Die staan inmiddels op de site www.invasieveexoten.info. Deze website meldt verder de resultaten van vergelijkend onderzoek naar alle bestrijdingsmethoden.

De minister van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit Carola Schouten heeft onlangs de Japanse duizendknoop voorgedragen voor de Europese lijst met invasieve exoten. Opname op die lijst betekent een verbod op invoer, transport, verkoop en een plicht voor elke terreineigenaar om de soort te bestrijden. Ervaringen met exoten die eerder op de Europese lijst kwamen, leren dat een stop op de verkoop via tuincentra een forse rem zet op de verspreiding.

In maart gaan we verder. We hopen op diverse van de vijftien locaties de duizendknoop al in 2021 de genadeklap te geven. En we hopen vrijwilligers elders te voorzien van cijfers die bewijzen dat een hoogfrequente bestrijding geen vier jaar hoeft te duren.

Hans Kamerbeek is ook lid van Natuurwerkgroep KNNV Zeist e.o.

Verwijderde Japanse duizendknoop in 2020, landgoed Hees bij Soest

Tussen begin maart en eind november vorig jaar verwijderden we bijna 19.500 grote en kleine stengels, soms met delen van de wortels. Dit voorjaar zal blijken of we op vijf locaties de strijd al gewonnen hebben.


ABCDEFGHIJKLMNOTotaal
Febr.0000000000000000
Maart21075709900140830204515500834
April350220160432915150133901002405001672098
Mei49551536018280511701360201704801652635
Juni29021518043103727539135032214002762970
Juli673330326858434308178151816376620602994547
Aug.29029534042751722575500402151100252393
Sept.300357473532411117182911502805530152858
Okt.2258679015403711856346115204907
Nov.311450520220610210151115247
Dec.0000000000000000
Totaal28642107199352239816514445141335430820997946196619489

A = fietspad 1; B = fietspad 2; C = fietspad 3; D = Turfweg; E = Gerritslaan 1; F = Gerritslaan 2; G = Kooilaan; 

H = Atletiekbaan; I = De Zoom 1; J = De Zoom 2; K = De Zoom 3; L = Wieksloterweg 103; M = Wieksloterweg 85; N = Wieksloterweg 35; O = Wittelaan

Werkplek de Zoom. Foto Jan Jonker.

Kenmerken

Datum 2021 / 03
Publicatie Onderzoeksverslag
Thema Geen

Dit is een kennisbank artikel van KNNV | Afdeling Zeist, Heuvelrug en Kromme Rijn.

Bezoek de site