Het Abtswoudse Bos is aangelegd op een voormalig weiland en door gebrek aan onderhoud vervilt de grasmat. Daarin is het heel moeilijk voor bomen en struiken om zich te vestigen. Er wordt rekening mee gehouden dat pas na honderd jaar een gesloten bos zal zijn ontstaan.
Tot die tijd is een ruigte en een struweel te zien in een grof mozaïek. Rietgras was de dominante soort in het begin, maar op dit moment is elke plek weer anders met een ander lokaal dominant ruigtekruid. Er is een enorme diversiteit aan bomen en struiken te zien, maar allemaal in kleine aantallen. Van een snelle bosvorming is geen sprake.