Na een jaar met weer vijf excursies – naar Kwintelooyen, Oostbroek, de WA-Hoeve, de Bol, de Zoom en Nieuw Wulven – werd het seizoen 2022 afgesloten met een avond op 17 oktober in het Torenlaantheater te Zeist. De nadruk lag op bespreking van door de leden dit jaar gefotografeerde insecten.
Jan Katsman trapte af met een uiteenzetting aan de hand van een serie foto’s over een bekende variabiliteit in het cellenpatroon in de vleugels van de paardenbijter. Omdat het niet altijd direct te zien zou kunnen zijn waarom het ging, had hij specifieke vleugelvelden ingekleurd. Niet alleen zijn er verschillen bij een individueel insect tussen links en rechts, maar ook tussen de individuele insecten. Daarna ging hij in op waarnemingen in zijn tuin: Franse veldwespen, scheefbloemwitjes, houtpantserjuffer, bruine winterjuffer, bosrandzweefvlieg, kegelpuntbijvlieg, uitsluipende vuurjuffers, kleine parelmoervlinder, kolibrievlinder en geelband wimperzweefvlieg. Dit leidde tot een zeer geanimeerde discussie.
Matthijs van Hoorn had interessante insecten en mooie foto’s zoals van een gewone roofvlieg op een korstmos, een moertje (rood-gekleurd goudhaan-kevertje), een “Mollenia”-vlieg, een regendaas, roodpoot bladloper (met dikke dijen), witte reus en een zwervende pantserjuffer.
Anne Janse liet foto’s passeren van een landkaartje, witte tijger, vroege glazenmaker, grote groene sabelsprinkhaan, meidoorn zandbij, masker kamlangpootmug, zwarte houtlangpootmug, grote ribbelboktor, andoorn schildwants en weide schorpioenvlieg.
Sjoert Pegge ging met name in op de diertjes in zijn insectentuin. Veel bijzondere waarnemingen had hij kunnen doen op zijn insectenhotelletjes en zijn gezaaide wilde peen en pinksterbloem. Hij had een bladluizenvanger met bladluis, een Duistere wespblaaskop, een eikenpage, een hongerwesp met korte legboor op het nest van de tronkenbij, een andere hongerwesp met lange legboor op de nesten van de rosse metselbij, geeltip op graafbijen, een goudwesp (op muurwespen), een grote zeefwesp (een vliegenvanger), rups van het oranjetipje, rups van het silene uiltje op een silene-bloemrest, een Franse veldwesp die de kop van een rups afknaagde, een larve van een zweefvlieg die volop bladluizen at, en een asbij.
Nico Bolle besprak een agaatvlinder (een uiltje met in het voorjaar gif-groene rupsen), een blauwe glazenmaker, een driedoorn mestkever, de Duitse schorpioenvlieg (een aaseter met onderbroken dwarsbandering op de vleugels), geribde prachtblindwants, gestreepte eikenblindwants, gestreepte goudspanner, heide ringelrups, kanariepietje (een klein vlindertje), en de kleine wespenboktor.
Erik Gruys verhaalde tenslotte over een excursie naar het vliegend hert en het spotten van een mannetje dat uitviel naar de camera-macrolens, en een serie tandkaakjes (kleine spinnetjes) en honderden vuurwantsen in zijn tuin.
In dit werkgroepjaar waren de leden soms een beetje slaperig geworden. Het aantal per e-mail rondgezonden attenderingen bleef in tegenstelling tot vorige jaren, waarin er dertig of meer gestuurd werden, beperkt tot minder dan tien. Gelukkig toonden de foto’s van deze eindbijeenkomst dat er genoeg animo voor insecten is en de groep spinglevend blijft.
Tenslotte werd de zittende coördinator na drie jaren ontlast met een dankwoord van de voorzitter van de KNNV, Nico Bolle, met uitreiking van Een boek vol INSECTEN van Rik Delhem. Vervolgens werd de nieuwe coördinator bekend gemaakt: Anne Janse. Graag zal hij doorgaan op de ingeslagen weg met excursies en een enkele bijeenkomst. Stuur s.v.p. suggesties voor te bezoeken terreinen en andere correspondentie ten aanzien van insecten naar hem. E-mail: anne.janse@gmail.com.